Pagina's

maandag 14 februari 2011

Approval plan deel 2; de minpuntjes

Meer dan een jaar geleden schreef ik deel 1 van deze blogpost over het approval plan zoals we dat gebruiken bij de Pierson Revesz en Bushuisbibliotheek. Ik noemde toen een aantal pluspunten van het approval plan, maar zoals Bjorn terecht opmerkte, het is niet allemaal rozengeur en maneschijn tussen mij en mijn approval plans.


Nog even kort..
Een approval plan bestaat in den beginne uit een verzameling onderwerpen waarin als het goed is het onderzoek en onderwijs van de doelgroep weerspiegeld wordt. Bij die onderwerpen zoeken wij als informatiespecialisten de Dewey Decimal Classification (DDC) codes en vervolgens ontvangen we iedere week een lijst met boeken die deze codes toegekend hebben gekregen. Hieruit maken wij een selectie en deze boeken worden uiteindelijk naar onze bibliotheek opgestuurd. Eigenlijk is een approval plan een soort van email alert, maar dan voor heel veel uitgevers tegelijk, EN beperkt tot de onderwerpen waar het onderwijs en onderzoek van FMG zich mee bezig houdt*.

The Dewey Decimal System
Hoe zat het ook alweer met de DDC? Hieronder een korte uitleg uit de vorige blogpost.

Wat moet je je voorstellen bij de Dewey Decimal Classification? De DDC bestaat uit een boomstructuur met 10 hoofdcategorieen, die zich erna weer laat onderverdelen in specifiekere subvelden.

000 – Computer science, information; general works
100 – Philosophy and psychology
200 – Religion
300 – Social sciences
400 – Language
500 – Science (including mathematics)
600 – Technology
700 – Arts and recreation
800 – Literature
900 – History, geography, and biography

Naarmate je dieper in de takken van deze boomstruktuur gaat zitten, wordt het onderwerp ook specifieker en komen er meer cijfertjes achter die punt. Bijvoorbeeld; 370 staat voor Education, 370.7 voor Education, research, related topics.

Wat belangrijk is om te snappen, is dat er met de DDC in principe een oneindig aantal combinaties mogelijk is. Ieder cijfer uit een DDC code heeft een betekenis, en als een catalogiseerder daar zin in heeft, kan hij helemaal uit zijn plaat gaan en tot 15 cijfers achter de punt doorgaan. Dat heeft als voordeel dat je in principe ieder boek kunt plaatsen, ook als dat een nieuw onderwerp betreft, en je kan dit behoorlijk gedetailleerd doen (hoewel ik toch medelijden heb met klanten die dat uit de catalogus over moeten schrijven om vervolgens een boek uit de kast te halen). Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld de Library of Congress classification of de Nederlandse Basisclassificatie die vaste categorieen hebben.

Deze eigenschap heeft als nadeel dat het voor een approval plan bijna onmogelijk is om alle DDC's te anticiperen. Voor een vakgebied als psychologie valt het doorgaans heel erg mee omdat psychologen meestal gedrag en mentale processen proberen te verklaren die weinig te maken hebben met een bepaalde periode of regio, maar bij antropologie kan een catalogiseerder behoorlijk gedetailleerd een code toekennen.

Voorbeeld
Een medewerker bestelde vorig jaar een boek met de DDC 306.76809961. Als je die code opzoekt in de database die we daarvoor hebben (Webdewey), vind je geen bijpassende betekenis. Maar dit is wat ik ervan maak:

Ten eerst is het handig om te weten dat 302-307 'specific topics in sociology and anthropology' zijn.

306.76809961 culture and institutions
306.76809961 sexual relations
306.76809961 sexual orientation
306.76809961 transsexuality
306.76809961 southwest central Pacific Ocean islands, and isolated islands of southeast pacific ocean

Een boek over transsekuelen in Oceanië (Stille Oceaan gebied) dus..

Titel: Migrating Genders: Westernisation, Migration, and Samoan Fa'afafine

Andere minpuntjes
- We werken met een platform dat verzorgd wordt door een internationale uitgever en dat heeft als grootste nadeel dat met name Nederlandse uitgevers minder aandacht krijgen dan zij verdienen, want de bestelsuggesties uit het approval plan zijn vooral afkomstig van mainstream uitgevers. Met betrekking tot Nederlandstalige publicaties is de oplossing daarvoor overigens vrij simpel. Ik loop eens in de zoveel tijd Netuit.nl na. Talen anders dan Nederlands worden doorgaans nauwelijks uitgeleend dus vanuit een pragmatisch (!) oogpunt vind ik het niet zo erg dat ik die mis.

- Ook helpt het niet als een vakgebied een interdisciplinair karakter heeft. Zo trof ik laatst een boek dat heel erg interessant was voor antropologie, maar met een algemene code uit het economische deel van de DDC. Deze code wil ik niet opnemen in mijn approval plan, omdat ik dan veel te veel ruis krijg. Dus met een approval plan voor een interdisciplinair vakgebied zal ik titels missen (merk op dat hetzelfde probleem zich voordoet bij andere classificatiesystemen; dit is niet DDC specifiek).

Moon and fire

Weg met het Approval Plan?
Ik denk echt dat het naïef is om te denken dat ik wel alles zou vinden (en aanschaffen) als ik handmatig alle publicaties bij alle uitgevers langs zou lopen. Om te beginnen kan dat zowel wat betreft mijn budget als mijn beschikbare tijd sowieso niet. Met drie vakgebieden en vele andere taken lukt dat niet, tenminste, niet tot in perfectie.

Verder maken mensen, net als geautomatiseerde systemen, fouten en ik denk weet wel zeker, dat mensen zichzelf en hun perfectie op dit gebied overschatten. Bij een geautomatiseerd systeem is het makkelijk aanwijzen op welke punten het fout gaat maar ook ik maak fouten. Ik collectioneer voor 3 vakgebieden met ca. 600 wetenschappers en 2800 studenten, en het is vrij moeilijk om al dat onderwijs en onderzoek vooraan in mijn geheugen te houden terwijl ik boeken selecteer. Een approval plan is een prettige ondersteuning hierbij omdat er al een voorselectie op onderwerp heeft plaatsgevonden. En recognition is nou eenmaal makkelijker dan recall.

Eindconclusie
Een approval plan bespaart me veel tijd en helpt me om overzicht en balans in mijn collectiebeleid te houden. Het approval plan heeft een aantal problemen, maar daar ben ik voor een groot gedeelte van op de hoogte en ik kan daarvoor compenseren.

Wat mij betreft dus een kwestie van 1 + 1 = 2

Dat wil niet zeggen dat ik dit voor iedereen adviseer; punten waar je rekening mee moet houden bij deze manier van collectioneren:
- vergelijk hoeveel tijd het regelmatig bijstellen van je approval plan je kost ten opzichte van handmatig selecteren.
- je vakgebied; is dat internationaal georienteerd of juist niet?

Foto's van: Morganglines en RVWithTito

* twee kanttekeningen:
- Ooit was het de bedoeling dat we met een approval plan zouden werken waarop voor het grootste gedeelte boeken binnenkomen zonder dat een informatiespecialist dit boek gezien had. In de praktijk blijkt dit niet te doen. Het budget is te klein, het onderzoek en onderwijs is te divers en de catalogiseerders die DDC's toekennen zijn ook maar mensen dus dat gaat ook niet altijd goed.
- Dit is niet de enige manier waarop je met een approval plan kan werken. er zijn ook modellen waarbij een externe specialist boeken voor een bibliotheek selecteert en natuurlijk zijn andere classificatiecodes goed denkbaar.

donderdag 10 februari 2011

Muisdominant

Arme collega stefano heeft het zwaar met mij, ik ben namelijk muisdominant. Ik moest dan ook meteen aan hem denken toen ik dit filmpje zag.



Toen ik Stefano dit liet zien was zijn reactie als volgt:

2 verschillen met Janneke
- Janneke houdt dat niet zolang vol
- maar ze is wel minder agressief

woensdag 9 februari 2011

Boeken te koop!

Sinds vorige week staat er tegenover de balie in de Pierson Revesz Bibliotheek weer een rek met boeken die je voor een zacht prijsje kunt meenemen. Het gaat meestal om afgeschreven boeken, geschenken die niet in onze collectie passen of boeken die we dubbel hebben.

Ik zou zeggen, komt dat zien!

Foto bewerkt met: instagr.am

maandag 7 februari 2011

#infokermis: U gebruikt een blogpost: mag dat?

"Waarom komen we eigenlijk zo weinig internetbronnen tegen in bronnenlijsten? Mag het niet van docenten? Zijn die bronnen lastig te vinden (hoe vind je ze eigenlijk)? Of is de kwaliteit simpelweg onvoldoende? En voor wie dan? Hoe anders kun je eigenlijk de kwaliteit van een internetbron bepalen? Kortom: wat is het probleem?"

Bovenstaande schreef Christian van der Ven in zijn oproep voor de blogkermis en aangezien ik een van de aanstichters was, en omdat ik het een leuke discussie vind bij deze ook mijn bijdrage aan deze kermis.

Ik wil mijn antwoord in ieder geval beperken tot blogposts, omdat ik zie dat er online steeds meer geblogd wordt door wetenschappers (zie bijvoorbeeld oproepen als You aren't blogging yet?!? en Is de Nederlandse wetenschapper wel geschikt voor 2.0? ). Als het aankomt op referentielijsten, zitten blogs een beetje in een grijs gebied. Een blogpost die geschreven is door een wetenschapper voldoet aan een belangrijke voorwaarde wat betreft de bruikbaarheid voor de opname in een artikel (degene die het schrijft, weet waar hij het over heeft), maar een blogpost mist toch ook een aantal kenmerken die wetenschappelijke artikelen wel hebben. Tenminste.. in ieder geval in de traditionele zin van het woord (denk bijvoorbeeld aan peer review). En dat vind ik interessant.

Frankenstein Junior

Waarom niet?
Waarom gebruiken studenten zo weinig blogposts in hun verslagen? Laat ik vooropstellen dat het niet moet; het gaat mij uiteindelijk om de kwaliteit van de informatie; niet om het format. Maar Christian maakt in zijn blogpost wel een paar goede punten.

Uiteindelijk zijn daar denk ik meerdere redenen voor (schrijf daar vooral een blogpost over voor deze kermis, zie hieronder voor meer informatie), maar het punt dat ik wil maken is, dat ik denk dat het binnen mijn kennisgebied neerkomt op het volgende;

Als je een artikel schrijft als (aspirerend) wetenschapper, dan is het wel zo netjes om de primaire bron van de informatie te gebruiken. Binnen de gedragswetenschappen is de kern van het meeste onderzoek een dataset, en hoewel blogposts vaak ontzettend interessant zijn vanwege hun samenvattingen en meningen over onderzoek vind je dat onderzoek (en de beschrijving van de bijbehorende data) doorgaans alleen in het artikel waar naar verwezen wordt. Dus daar verwijs je dan ook naar.

Wist u dat..
- Studenten kritischer zijn met betrekking tot internetbronnen. Informatie uit internetbronnen wordt gemiddeld genomen op 7 gecontroleerd, informatie uit de bibliotheek slechts op 4 punten.
(Bron: "Truth Be Told: How College Students Evaluate and Use Information in the Digital Age," Alison J. Head and Michael B. Eisenberg, Project Information Literacy Progress Report, University of Washington's Information School, November 1, 2010.)
- Ca. 15% van de studenten gebruikt blogs voor onderwijsgerelateerd onderzoek (ook uit bovenstaand artikel)

De toekomst?
Op dit moment zijn internetbronnen dus nog geen groot onderdeel van de referentielijsten van essay's, scripties en artikelen. Wat ik me afvraag, is wat er gebeurt als de (beschrijving van) de data niet meer alleen besloten ligt in artikelen en men overgaat op andere vormen van publiceren. Denk dan bijvoorbeeld aan andere modellen dan de klassieke peer-review door een journal editors, micropublicaties, en het publiceren van datasets (overigens gebeurt dit alles nu al, maar dit is nog niet mainstream binnen de sociale en gedragswetenschappen).

Zie bijvoorbeeld dit filmpje over verrijkte publicaties:


Internetbronnen als onderzoeksmateriaal
Een andere reden waarom ik verwacht dat de internetbronnen in de referentielijsten een belangrijkere plek in zullen gaan nemen, is omdat het internet zelf een hele mooie bron is van 'ruwe data'. Zeker als je onderzoek doet naar sociaal-culturele verschijnselen.


Tot slot
Ook meedoen aan de blogkermis? Hier staat uitgelegd hoe. De sluitingsdatum is pas op 14 februari, dus als je opschiet kan je nog makkelijk meedoen.

Wetenschappelijke blogs
- 50 blogs voor de geesteswetenschappen
- blogs voor antropologie, hier, hier, hier, hier..

Klassieker uit de kast: Neisser's Cognitive Psychology (1967)

Die bibliothecarissen beginnen vat op me te krijgen.. snoof ik drie jaar geleden nog arrogant dat ik boeken ouder dan 5 jaar .. oke misschien 10 jaar .. oud niet relevant vond voor mijn vakgebied ('mijn vakgebied' is in dit geval cognitieve psychologie). Vandaag wordt ik stiekem heel blij als ik een exemplaar van Neisser's Cognitive Psychology (1967) in de kast van de Pierson Revesz bibliotheek aantref.



Dit boek is een van de allereerste boeken waarin de term 'Cognitive Psychology' is gebruikt. En die staat dus gewoon bij ons in de kast. 

p.s. De opkomst van cognitieve psychologie is ook mooi terug te zien met de Google Books Ngram Viewer